Gedragscode

Als organisatie, waarbij onze maatjes, coördinator en bestuurders persoonlijk contact hebben met vaak kwetsbare mensen of in een gezagsverhouding staan, willen we voorkomen dat ongewenst gedrag of (seksueel) misbruik kan plaatsvinden, met alle ingrijpende gevolgen van dien. We willen dat onze hulpvragers, maatjes, coördinator en bestuurders zich veilig voelen. 

Onze organisatie vindt het daarom belangrijk dat er afspraken zijn over de manier van omgaan met elkaar en ook dat alle betrokkenen bij een hulpvraag zich veilig voelen. Dit kan alleen als men elkaar in zijn/haar waarde laat en elkaar met respect behandelt. Dit betekent dat wij binnen onze organisatie  alle vormen van ongelijkwaardige behandeling zoals: machtsmisbruik, financiële uitbuiting, discriminerende, racistische, seksistische of (seksueel) intimiderende gedragingen of opmerkingen, of het hiertoe aanzetten, ontoelaatbaar vinden.

Er is sprake van machtsmisbruik wanneer iemand richting een ander, die afhankelijk van hem/haar is, op een intimiderende, manipulerende of gewelddadige wijze gebruik maakt van zijn of haar positie en bevoegdheden ten koste van degene(n) tot wie hij/zij in een vertrouwens‐ en/of gezagsrelatie staat. Bij machtsmisbruik kan het gaan om handelen, nalaten en/of het nemen van een besluit. 

Onze gedragscode wordt door onze maatjes, coördinator en bestuurders onderschreven. Iedereen die vanuit een rol of functie betrokken is bij onze organisatie, houdt zich aan de omgangsregels die hieronder zijn opgeschreven:

  1. Ik accepteer en respecteer de ander zoals hij/zij is en discrimineer niet.
  2. Ik houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft.
  3. Ik berokken de ander geen schade toe.
  4. Ik maak op geen enkele wijze misbruik van mijn (machts)positie.
  5. Ik scheld niet en maak geen ongepaste opmerkingen.
  6. Ik kom niet ongewenst te dichtbij en raak de ander niet tegen zijn of haar wil aan.
  7. Ik ga geen liefdes- en/of seksuele relatie aan met een ander die in een afhankelijkheidsrelatie tot mij staat.
  8. Ik stel geen ongepaste vragen en maak geen ongewenste opmerkingen over iemands persoonlijk leven of uiterlijk als dit niet relevant is voor de situatie.
  9. Als de ander mij hindert of lastigvalt, dan vraag ik hem/haar hiermee te stoppen. Als dat niet helpt, vraag ik om hulp.

Aan alle maatjes wordt gevraagd een ‘Verklaring Omtrent Gedrag” te overleggen.

Is er sprake is van grensoverschrijdend gedrag?
R
aadpleeg dan het Protocol Vertrouwenspersoon SchuldHulpMaatje Oude IJsselstreek.